Top story

Additive Manufacturing: het doel of het middel?

Pakt Formnext uit met technologie of de businesscase?

Wat brengt Formnext 2021? Gaan we de integratie van additive manufacturing in de bestaande productieprocessen zien? Worden bezoekers overstelpt met realistische businesscases uit hun sector? Of wordt het vooral een feest voor de technologie-verslaafde AM-community? Anders gezegd: AM als doel of als middel. We praten teveel over onszelf en te weinig over het doel van de applicatie, bekende enkele weken geleden een ingewijde uit de AM-industrie.


De hoogmis van de additive manufacturing industrie, zo noemde onlangs iemand Formnext. Met meer dan 600 exposanten, waarvan iets meer dan de helft van buiten Duitsland, is het platform voor de AM-industrie terug als fysiek evenement. Als je de aanzienlijke stroom persberichten bekijkt die de exposanten voorafgaand aan de beurs de wereld in hebben gestuurd, mag je je verheugen op een interessante hoogmis. Met veel technologische innovaties; AM-technieken ontwikkeld voor volumeproductie; veel end-to-end platformen om het hele proces te sturen of – nog breder; nog meer software tools en nog meer lasers. Je kunt jezelf echter de vraag stellen of de bezoeker uit de maakindustrie, de potentiële koper, zit te wachten of nog méér technologie?

Brengt Formnext 2021 nog meer technologie of juist de integratie en de businesscase?

Het AM-ecosysteem uit de Lage Landen presenteert zich op Formnext op de stand van Flam3D en Brainport Eindhoven (illustratie: Studio Tognini)

De killerapplicatie ontbreekt

Onlangs hadden we op de Brainport Industries Campus een discussie tussen de stakeholders uit de AM-supply chain, als voorbereiding op een uitgebreid artikel in de komende editie van 3D Print magazine. De centrale vraag was: hoe krijgen we in de hightech maakindustrie metaal additive manufacturing op gang? De killerapplicatie ontbreekt, merkte Edward Voncken, CEO van KMWE Group, tijdens deze discussie op. “In onze sector is de businesscase niet helder. Of we krijgen deze niet voldoende uitgelegd.” Woorden van dezelfde strekking gebruikte enkele weken geleden professor Michael Süss, bestuursvoorzitter van Oerlikon Surface Solutions. Hoewel hij niet ontevreden is met de groei, vindt hij wel dat het anders moet. “We hebben meer bewezen voorbeelden nodig van toepassingen waar echt economische waarde achter zit.” Ik vrees dat precies dit aspect deze week opnieuw ondersneeuwt in de aandacht die de sector opeist voor de technologische hoogstandjes.

Additive manufacturing is een veranderproces, het moet in de mind komen

Rene Kreissl, Head AM Trumpf

Sleutel tot succes in de integratie

Want de groeicijfers zijn dit jaar weliswaar weer goed, en 25 procent groei jaar op jaar, wat voor de komende tijd voorspeld wordt, is een groei waar andere sectoren jaloers op zullen zijn. Maar het is te min om disruptieve veranderingen op gang te brengen en exponentiële groei te creëren. Wat is er dan nodig? Allereerst meer aandacht voor AM in het hele onderwijs. Rene Kreissl, hoofd AM bij Trumpf, pleit voor extra investeringen in het onderwijs om studenten op een meer diepgaande manier kennis te laten maken met additive manufacturing. Gebrek aan kennis is een van de grote hindernissen waar de sector tegenaan loopt. Dat komt vooral omdat AM een veranderproces is, zegt Kreissl, verwijzend naar de eigen ervaringen van Trumpf dat inmiddels zes metalen onderdelen zelf 3D print. “Additive manufacturing is een veranderproces, het moet in de ‘mind’ komen, daarom moet het dieper verankerd worden in het onderwijs.” Trumpf toont overigens businesscases op de beurs.

De case bij machinebouwer Wemo laat zien waarom je additive manufacturing vanuit een breder perspectief moet bekijken (foto Additive Center)

We moeten de klanten bewuster maken dat ze veel meer in functies moeten gaan denken en niet in maakbaarheid, wat bij CNC voorop staat

Vino Suntharakumaran, DMG Mori Additive

Succes begint bij het design

Om additive manufacturing in de industrie te versnellen, moeten AM-specialisten in een eerder stadium bij de productontwikkeling betrokken worden, zo merkte Karsten Heuser, VP AM bij Siemens, in dezelfde AMTC-conferentie op. De design engineers hebben de sleutel om een AM-applicatie succesvol te maken in handen. Die kennis moet je wel aan het begin van het traject inbrengen om meerwaarde te creëren. Een goed voorbeeld hiervan kwam vorige week tijdens de Precisiebeurs in Den Bosch aan bod in de presentatie van KMWE. Rob van Loon, AM Engineer bij de hightech toeleverancier, toonde een toepassing waarbij dankzij additive manufacturing 200 uren assemblage voor één onderdeel wordt uitgespaard doordat je met additive manufacturing onderdelen kunt integreren. Extreem veel, maar het geeft aan dat je verder moet kijken naar het proces. Vino Suntharakumaran, directeur DMG Mori Additive, zegt het in andere bewoordingen, maar in wezen is zijn boodschap dezelfde. De AM-aanbieders moeten de klanten bewuster maken dat ze veel meer in functies moeten gaan denken en niet in maakbaarheid, wat bij CNC voorop staat.

Samenwerking in de procesketen

Ook een ander aspect van het AM-proces vraagt aandacht. “Post-processing is jarenlang onderschat”, aldus Karsten Heuser Siemens. De cijfers die Therry Wohlers onlangs publiceerde, laten zien welke pijnlijke gevolgen deze onderschartting heeft. Bijna 27% van de kosten van additive manufacturing zit in post-processing. Ook Melissa Orme, verantwoordelijk voor additive manufacturing bij Boeing, heeft hier in recente keynotepresentaties op gewezen. erover. Vooral als je wilt opschalen, is nabewerken de remmende factor. Je kunt wel méér 3D printers plaatsen en deze sneller maken, aan het einde word je opgehouden doordat alle onderdelen van de bouwplaats afgehaald moeten worden met draadvonken. Of dat ze nog verder nabewerkt moeten worden. “Dat wordt vaak vergeten en dat bedoel ik met het ecosysteem dat gerepareerd moet worden”, zo zei Melissa Orme het in Chicago op Rapid. Op Formnext kondigen meerdere exposanten samenwerkingen aan met specialisten op het vlak van post-processing. Maar moet je ook dit niet veel meer integraal bekijken? Rein van der Mast, onderzoeksleider 3D Printen in metalen bij Fontys Hogescholen en ook een van de stakeholders bij de discussie op BIC, pleit ervoor om de werkvoorbereiding en wie het gaat maken samen te zetten. “Als aan de designkant niet de kennis van de nabewerking wordt ingebracht, komen er ontwerpen die tot giga veel nabewerken leiden en de kostprijs omhoog stuwen.”

AM is geen standalone technologie

Additive manufacturing wordt vaak nog te zeer als stand alone technologie geprofileerd. Dat zal, vrees ik, ook het beeld op Formnext deze week zijn. Zal er een geïntegreerde AM-productielijn staan? Waar buildjob voorbereiding, productie en nabewerking naadloos in elkaar overlopen? Softwarematig absoluut, zolang je één leverancier kiest. Maar hoe moeten al de kleinere toeleveranciers dit aanpakken die met verschillende softwaresystemen werken? En kun je hardwarematig eenvoudig machines koppelen om de geïntegreerde keten te bouwen? Deze integratie is net zo hard nodig om de technologie door te laten breken. Er zal meer samengewerkt moeten worden. Maar wie naar de aankondigingen van nieuwe end-to-end softwareplatformen kijkt, krijgt eerder de indruk dat het ieder voor zich is dan proberen met een gezamenlijke propositie de markt vlot te trekken.

De productie van deze klem voor pijpleidingen in de olie- en gasindustrie van MX3D toont aan tal AM geen standalone technologie is.

Pay per print

De samenwerking in de keten is ook nog om een andere reden belangrijk, zo betoogt Karsten Heuser van Siemens. De AM-industrie moet een ander verdienmodel zoeken; ook dat kan helpen de groei aan te jagen. Het bouwen van een AM-fabriek met bijvoorbeeld 30 machines, vergt een investering van vele miljoenen. De risico’s van zo’n investering zijn dus groot; dan moet de businesscase wel erg sterk zijn. “Daarom moet het verdienmodel weg van CAPEX en opschuiven richting OPEX. We moeten naar een businessmodel als pay per print”, zegt Karsten Heuser. “Dat werkt alleen als alle partners samenwerken.” En of AM-machinebouwers die zelf of via servicebureaus actief capaciteit in de markt gaan zetten uiteindelijk de bestaande supply chains mee gaan krijgen, is de vraag. Of gaat de digitalisering zo ver dat de huidige toeleverketens buiten spel komen te staan.

We moeten meer praten over het doel van een applicatie

Simon Merkt-Schippers, VP Product Management bij SLM Solutions

Geniet, maar bedenk wel…

Formnext wordt, ondanks dat de invloed van de covid19 pandemie merkbaar zal zijn, ongetwijfeld een mooie beurs. Niet alle partijen zijn er. SLM Solutions bijvoorbeeld heeft in augustus als aangekondigd niet naar Frankfurt te gaan. De AM-machinebouwer wil de digitale tools verder versterken, investeren in klantbeleving en verticale marktsegmenten opzoeken. “Wat we fout doen? We praten teveel over onszelf, we moeten meer praten over het doel van een applicatie. Stop de high end marketing; marketing is nice, maar in een groeiende industrie moeten we meer samenwerken rond een case”, zo zei Simon Merkt-Schippers, VP Product Management bij SLM Solutions, het onlangs.

Geniet van de mooie technologie, materialen en software die de 600 exposanten deze week op Formnext tonen. Maar vraag je wel af: hoe kan ik met deze oplossingen additive manufacturing inpassen in mijn 3D productietechnologie, mijn product of manier van werken veranderen om voor mijn klant meerwaarde te creëren? Want daar gaat het uiteindelijk om. Additive manufacturing is een middel, geen doel.

Back to top button