Technology

Levert 3D printen in een autoclaaf spuitgietkwaliteit op?

Uniek onderzoek in Kaiserslautern

De Hochschule Kaiserslautern wil met een FFF printer in een autoclaaf gaan printen. De 120 bar druk zal, zo verwacht professor Jens Schuster, tot betere mechanische eigenschappen leiden. 3D geprinte onderdelen moeten dan gelijkwaardig worden aan spuitgietstukken.


De Duitse hogeschool heeft dit bijzonder onderzoek deze week toegelicht tijden de digitale editie van de Hannover Messe 2021. Volgens professor Schuster, hoofd van het Institute for Plastic Technology Westpfalz, is het nooit eerder in de wereld gedaan: 3d printen met filament in een autoclaaf. Ook in de literatuur is hij dit idee nergens tegen gekomen. De testopstelling is inmiddels gereed: een Fabbmatic FFF printer is geïntegreerd in de autoclaaf.

Hochschule Kaiserslautern start onderzoek naar FFF printen onder 120 bar druk

30 procent hogere stijfheid

Geprint is er nog niet. Jens Schuster baseert zijn positieve verwachtingen op de testen die gedaan zijn door FFF werkstukken naderhand in een autoclaaf na te behandelen. “Daardoor zien we de stijfheid van de onderdelen met 30 procent verbeteren”, aldus de professor in een toelichting op het idee. Hij denkt dat druk een belangrijke factor is waarom de eigenschappen van geprinte onderdelen achterblijven bij spuitgietstukken. “Spuitgieten van kunststoffen gebeurt met drukken tot 1000 bar. Bij 3D printen is de druk 0. Wij denken als we onder 120 bar druk printen, we dezelfde eigenschappen halen als met spuitgieten.”

Integratie niet gemakkelijk

Eenvoudig is het niet geweest om de FFF printer in de autoclaaf te integreren. Niet alleen de druk is hier hoog, ook de temperatuur loopt op. Daarom is de besturing van de FFF printer extern geplaatst. Dat leverde wel de nodige hoofdbrekens op om goede connectoren te maken. “De duivel zit in het detail”, zegt Jens Schuster. “We hebben een connector moeten ontwerpen om in totaal meer dan 70 kabels door te voeren.” Het onderzoeksinstituut zoekt nog partners voor het project, bijvoorbeeld uit de machinebouw. Als het idee in de praktijk goed uitpakt, hoopt professor Schuster dat over een jaar of zes de eerste commerciële systemen op de markt kunnen komen. Hij rekent op een kostprijs van €70 tot €80.000.

Back to top button