Trumpf stapt voor de tweede keer uit additive manufacturing. Het Duitse familiebedrijf verkoopt de volledige AM-business aan LEO III.- Fonds, dat beheerd wordt door Dubag Group. Het is de bedoeling dat de AM-business als zodanig verzelfstandigd wordt.
De transactie betreft de volledige divisie additive manufacturing bij Trumpf. Deze gaat zelfstandig verder met zowel de ontwikkeling, productie, verkoop en implementatie van de industriële AM-systemen. De investeerder in München, die via Lenbach Equity Opportunities III de koopovereenkomst getekend heeft, focust met name op complexe verzelfstandigingen en spin off. Dubag Group beheert via meerdere fondsen een portfolio van bedrijven met een waarde van zo’n € 670 miljoen.
Familiebedrijf bezig met stevige reorganisatie vanwege de slechte markt
Flexibelere organisatie
Als onderdeel van de spin-off zullen interne structuren en processen binnen de am business worden vereenvoudigd om sneller en effectiever te kunnen reageren op de behoeften van klanten wereldwijd. De focus van de nieuwe onderneming ligt op OEMs en toeleveranciers uit de lucht- en ruimtevaart, medische techniek en dentale toepassingen. Daarnaast richt de nieuwe onderneming zich op Contract Manufacturers die bezig zijn met serieproductie met AM, ook voor meer algemene industriële toepassingen. De afronding van de verzelfstandiging hangt af van de uiteindelijke goedkeuring van toezichthouders.
Optimisme vervlogen
Het nieuws uit Ditzingen aan het begin van de zomervakantie zal menigeen in de branche verassen. Nadat Trumpf eind 2014 terugkeerde in de AM-markt liet het meerdere keren doorschemeren dat het nu een succes moest worden en sterk in AM geloofde. “Additive manufacturing zal niet alleen huidige productietechnieken aanvullen, maar zal deze ook gaan beïnvloeden”, zo zei Peter Leibinger, in 2014 hoofd Trumpf Laser und Systemtechnik, bij de aankondiging van de joint venture met Sisma. Hij verwachtte dat de markt vanaf dat moment zou gaan groeien. Eind 2020 voorspelde de toenmalige directie van de Trumpf divisie al een zijwaarts bewegende markt. Toen waarschuwde directeur Parey al voor de concurrentie uit China. “Die maakt ons het leven zwaar.” Hij zei toen ook:
“Wij geloven in de innovatiekracht van additive manufacturing. We hebben voor AM gekozen vanwege de strategische rol, voor de lange termijn”.
Trumpf bezig met reorganisatie
Deze groei is tot nog toe tegengevallen. Bovendien heeft Trumpf erg veel last van de wereldwijze slechte markt van werktuigmachines en industriële lasertechnologie. Vanwege de sterke daling van orders in deze twee afzetmarkten kondigde Trumpf enkele maanden geleden aan 1.000 banen te schrappen. Daarvan alleen al 430 op de hoofdvestiging in Ditzingen. Sinds september vorig jaar heeft het bedrijf werktijdverkortingen doorgevoerd evenals salarisverlagingen. De aanhoudende zwakke halfgeleidermarkt zal eveneens het concern raken. In voorgaande jaren was ASML goed voor meer dan 15% van de omzet van Trumpf.
Einde van een markante weg in AM
Dat het familiebedrijf de AM-activiteiten verkoopt, markeert het einde van een turbulente historie van Trumpf in deze sector. Eind jaren negentig demonstreerde Trumpf voor het eerst een 3D metaalprinter op EuroMold in Frankfurt. Dat was overigens geen eigen ontwikkeling maar een machine van Fockele & Schwarze dat nauw samenwerkte met Fraunhofer ILT waar laser powder bed fusion technologie uitgevonden en ontwikkeld is, gelijktijdig met de KU Leuven. Vier jaar later (2002) besloot Trumpf de productie van de metaalprinter tijdelijk te stoppen omdat de markt er nog niet was. In 2014 keerde het familiebedrijf terug met de nieuwe TruPrint 1000 (later uitgebreid met de 3000 en 5000) én Laser Metal Deposition technologie.
